Kinderen rouwen evenzeer als volwassenen. Afhankelijk van hun ontwikkelingsfase en begrip van de dood zullen zij zich anders uiten. Soms gaan ze, ogenschijnlijk onaangedaan, door met hun gebruikelijke bezigheden. Zij hebben soms nog geen woorden voor wat zij voelen en uiten hun gevoelens ‘spelenderwijs’. Verdrietige momenten kunnen ze afwisselen met een potje voetbal of skaten. Net als volwassenen kunnen kinderen soms zeer neerslachtig zijn of zich slecht concentreren. Sommigen krijgen lichamelijke klachten. Een tijdelijke terugval in ontwikkeling (opnieuw bedplassen, angstig en aanhankelijk zijn) is normaal. Vanaf een jaar of elf gaat het rouwgedrag steeds meer op dat van volwassenen lijken.
Rouw van jongeren wordt vaak over het hoofd gezien. Daar dragen ze zelf ook aan bij. Jongeren zijn zelfstandigheid aan het verwerven, stellen zich steeds onafhankelijker op, richten zich meer op leeftijdgenoten en willen daarbij niet 'afwijken'. De rouwende jongere is zich ervan bewust dat hij anders bekeken en anders behandeld wordt en in enkele opzichten ook anders ís dan leeftijdgenoten. Daardoor voelt hij zich in verlegenheid gebracht als zijn verlies en de gevolgen daarvan ter sprake komen. Bovendien wil hij zijn emoties in de hand houden. Daarom doet hij veel moeite om te voorkomen dat er over het verlies gesproken wordt en zal hij het belang en de betekenis van het verlies vaak kleiner maken dan het in werkelijkheid is.
Verliesbegeleiding is een speciale vorm van begeleiding die gericht is op de klachten die ondervonden worden na een verlieservaring.
Na een verlies kan je kampen met intense, verwarrende en soms ook tegenstrijdige gevoelens. Niet alleen verdriet, angst, hulpeloosheid en wanhoop, maar ook boosheid, agressie, teleurstelling en schuldgevoelens kunnen voorkomen. Deze onverwachte gevoelens kunnen voor de achterblijver erg verwarrend zijn, omdat ze als ongepast worden ervaren. Vaak zijn het normale reacties op een ingrijpende verandering. Het doormaken van een verlies kost veel energie, zodat mensen in de rouw vaak vermoeid zijn. Soms al bij het opstaan. Ze kunnen zich slecht concentreren en zijn vergeetachtig. Velen slapen slecht en hebben weinig eetlust. Andere veelvoorkomende klachten zijn: hoofd-, nek- en rugpijn, hyperventilatie, het extreem koud hebben, hevig transpireren en hartkloppingen.
Andere veel voorkomende gevoelens en reacties kunnen zijn: